Bestuur en grondgebied
Ursem wordt voor het eerst vermeld in een register van inkomsten van de abdij van Egmond uit omstreeks 1100, als Orshem. Er zijn verschillende schrijfwijzen van Ursem bekend. In een document over de Westfriese Omringdijk uit 1320 staat bijvoorbeeld al Ursem.
Ursem was tot 1812 een zelfstandig dorp met eigen bestuur. In 1802-1803 kwamen hiervoor de termen “gemeente” en “gemeentebestuur” in zwang. Tot het dorp behoorden Ursem, Noorddijk, Rustenburg, een deel van de polder Mijzen en een deel van de Schermer.
De gemeentelijke herindeling van 1812 had voor Ursem geen gevolgen.
Gerechtelijke indeling
Middelbare en lage jurisdictie waren in Ursem opgedragen aan het plaatselijke college van schout en schepenen. Voor de hoge jurisdictie viel Ursem, samen met een groot aantal andere dorpen, sinds 1555 onder het Baljuwschap van de Nieuwenburg. Dit baljuwschap was vernoemd naar een dwangburcht bij Alkmaar. Daar hielden de baljuw en gerecht van de Nieuwenburg zitting.
Kerkelijke indeling
De gereformeerde, later hervormde gemeente Ursem vormde een zelfstandige kerkgemeente met een eigen kerkbestuur en predikant.
De katholieken uit Ursem behoorden deels tot de statie De Goorn (zie Berkhout) en deels tot de statie Oudorp.
Waterstaatkundige indeling
Ursem viel voor het onderhoud van de Westfriese Omringdijk onder het Geestmerambacht. Voor de afwatering viel Ursem onder de polder Ursem, samen met een deel van de banne Berkhout. Tot Ursem behoorde ook het Schoutsbraakje, een zeventiende-eeuwse droogmakerij.
genealogische Bronnen
Plaatselijke begraafgegevens
Ursemmers van alle godsdienstige gezindten werden begraven in de gereformeerde kerk of de naastgelegen begraafplaats. Hiervan zijn gegevens bewaard gebleven uit de jaren 1696, 1781-1782 en 1802-1803.
Plaatselijke en gerechtelijke huwelijksgegevens en impost (= belasting) op trouwen en begraven
Huwelijken van alle godsdienstige gezindten werden tot begin 1795 verplicht afgekondigd in de gereformeerde kerk of een ander openbaar gebouw. Hiervan zijn geen gegevens bewaard gebleven. Tot begin 1795 golden alleen gereformeerde huwelijken als wettig. Andersdenkenden lieten hun huwelijk wettigen voor het plaatselijke college van schout en schepenen. Ook hiervan zijn geen gegevens bewaard gebleven, net zo min als van in Ursem betaalde impost op trouwen en begraven.
In onze collectie
Bezoek ons archief of klik op een document om deze aan te vragen voor inzage.
oud-rechterlijk archief Ursem
rechtbankverslagen, transporten onroerend goed, hypotheekakten en toezicht op voogdij over wezenambacht van West-Friesland genaamd Drechterland
afschriften van registers van de 40e penning over overdracht onroerend goed in Ursem, 1660-1689