Ga naar content

Een boedelscheiding werd opgemaakt bij het verdelen van een erfenis. De gehele boedel werd beschreven en getaxeerd. Zodat daarna alle goederen eerlijk konden worden verdeeld over de erfgenamen.

Boedelscheidingen geven zodoende een zeer gedetailleerd beeld van de persoonlijke spullen die mensen in huis hadden: serviesgoed, kleding, potten en pannen. Alles werd genoteerd. Er bevinden zich vele boedelscheidingen in het notarieel archief. Maar een aantal vallen op. Zo ook de boedelscheiding die werd opgemaakt door notaris Muus Dool in Abbekerk op 12 juli 1742.

Zuis Pietersz

‘De staet en inventaris’ van de boedel behoorden toe tot Zuis Pietersz. Opperdoes, zijn vrouw Lijsbeth Dirk, hun dochter Trijn Zuis, hun zoon Dirk Zuis Opperdoes en zijn vrouw Maertje Gerrits Schenk. De pater familias was al enige tijd daarvoor overleden, in december 1720. Zijn zoon Dirk Zuisz. Opperdoes overleed in april 1739. Hij was burgemeester en een rijk man. Zijn vrouw, Maartje Schenk, bleef achter met twee minderjarige kinderen.

De rijke boedel vult vele pagina’s en geeft een inkijkje in de bezittingen van een rijke familie op het platteland van Twisk. Bijzonder zijn de beschrijvingen van de grote hoeveelheid juwelen en boeken die in bezit waren van de familie.

T’ dorp Twisk getekend door Cornelis Pronk

de boedel

De beschrijving van de boedel begon ‘In ’t Zoomerhuijs’, hier bevonden zich onder andere een theekastje en 21 schotels met 20 koppen. Verder nog een kandelaar, nog meer kopjes en potten en een koffiekan en een bed met twee kussens en twee dekens. In het ‘wagenhuijs’ bevonden zich ketels, een voorraad turf en verder nog wat ‘rommeling’ op de zolder. In ‘de boede’ stonden een tafel, wat vaatjes, een wafelijzer, drie koperen ‘backpannen’ en houten lepels.

De ‘rijtuijgen’ werden ook beschreven. De gehele ‘chees,matras en kussen en desselfs paerde tuijg’ werd geschat op een waarde van 150 gulden. Verder was er nog een wagen, een ‘narreslees’ en een oude ‘chees’. Vervolgens werden de goederen op de zolder beschreven. Mogelijk was dit de zolder van de stal waar ook de rijtuigen stonden. Hier ligt van alles. Vaten, een emmertje, drie spinnenwielen, een rijglijfje, kannen en 80 kaaskoppen.

kasten

Naast de spullen in kamers en ruimtes werd ook de inhoud van de kasten beschreven. In een klein kastje bevond zich ‘eenig poppe goet’. In een ‘oosterste kist’ lagen onder andere twee vrouwenkapjes en een reiszak. In een scheepskist lag ‘alderhande goet van broeken kousen’ van Dirk Opperdoes. Het koehuis en de stallen werden ook beschreven. Hier lagen veel koperen ketels en tinnen schotels. Ook de bedden en de bijbehorende kussen, dekens, lakens en slopen werden
allemaal genoteerd.

Het porselein ‘zijnde Japans vant beste goet dat daer in is’ werd geschat op 73 gulden. Het waardevolle servies stond in de keuken. In ‘het middelhuijs’ bevond zich nog meer waardevol servies. Hier stond een koperen schenkpot. De zoutvaatjes, mosterdpot, peperdoos, oliekan, azijnkan, trekpot, een brandewijnskop, suikerbakje (en nog veel meer) waren van zilver en een flinke som geld waard. In het voorhuis bevonden zich zeven geschilderde borden.

De kasten herbergden een grote hoeveelheid kleding en linnengoed. Alleen al in een zwarte ebbenhoutenkast lagen 30 kussenslopen, 18 lakens, 36 hemden en 14 servetten. In dezelfde kast lagen ook nog vele tafellakens en servetten. Onder in de forse kast lag vrouwenkleding. Onder andere rokken en schorten, waaronder kleding van zijde.

sieraden en boeken

Dan worden de sieraden beschreven. Bijzonder waardevol was een gouden ketting (450 gulden), een ketting met bloedkoraal (150 gulden) en een gouden oorijzer (84 gulden). Dit is slechts een kleine greep, er waren nog veel meer sieraden van goud en zilver. Zoals kettingen, ringen, gespen, pijpjes en een rinkelbel. In totaal werden vijf pagina’s gewijd aan de sieraden.

Daarna volgt een lijst met boeken. Onder andere een bijbel met zilver en een bijbel met een zilveren ketting. Naast de bijbels werd een lange lijst met boeken opgenomen. Behalve veel stichtelijke boeken stonden er ook werken tussen met titels als ‘De papegaij’, ‘Het leven en bedrijf van Wilm de derde’, ‘De storij van koning Filips de Goede’, ‘De swarigheijt binnen Alkmaar’, een werk van Jacob Cats en de kroniek van Velius over Hoorn.

huwelijkse voorwaarden

Nadat alle goederen in de woning waren beschreven ging de notaris verder met het opschrijven van de schulden, het landbezit en de obligaties.

De volgende dag, 13 juli 1742, stelde notaris Muus Dool weer een akte op. Dit keer zijn het de huwelijkse voorwaarden tussen Hermanus Spaander en Maartje Gerrits Schenks. Het nieuw huwelijk van Maartje en het opstellen van de huwelijkse voorwaarden waren de reden waarom Maartje drie jaar na het overlijden van haar echtgenoot de boedelscheiding liet opstellen.

Gerelateerde documenten

Bezoek ons archief of klik op een document om deze aan te vragen voor inzage.

1685 – Notarissen in West-Friesland tot 1843, inv. nrs. 137, akte 120 tot en met 148

Akten, 1740-1750
Meer informatie

Meer verhalen

Bekijk alles