Ga naar content

In de achttiende eeuw was echtscheiding vrijwel onmogelijk. Een huwelijk kon alleen worden ontbonden op grond van overspel of ‘kwaadwillige verlating’. Maar een scheiding van tafel en bed was wel mogelijk, en hier was een notaris bij betrokken. Een scheiding van tafel en bed betekende in de praktijk dat een echtpaar niet meer samenwoonde.

Theunis Germontsz Smak en Maartje Theunis waren ook gescheiden van tafel en bed. Uit de aktes van het oud-notarieel archief valt te achterhalen wat er allemaal is gebeurd.

Het begint met een akte uit het oud-notarieel archief. Het stuk is opgesteld door de notaris. Theunis en Maartje beloofden om ‘’alle occasiea tot verschil’ naar hun uiterste vermogen te vermijden. Ze zouden dus proberen om geen ruzie meer te maken en in ‘onderlinge liefde, vrede en eenigheyt met malkander te leven en huys te houden’. Theunis en Maartje beloofden dit in juli 1714. Maar in oktober 1717 besloten ze om weer apart te gaan leven. En in mei 1722 gingen ze weer samen wonen. Twee maal besloten Theunis en Maartje om apart te gaan wonen en twee maal besloten ze om weer samen te gaan wonen

Theunis en Maartje

Theunis Germontsz Smak en Maartje Theunis trouwden aan het begin van de 18e eeuw. Maar hun huwelijk verliep niet zonder problemen. Echtscheiding was in deze periode vrijwel onmogelijk, een huwelijk kon alleen worden ontbonden op grond van
overspel of ‘kwaadwillige verlating’. Een scheiding van tafel en bed was wel mogelijk, en dat was waar Theunis en Maartje voor hadden gekozen.

Maar op 31 juli 1714 stelde de notaris een stuk op waarin Theunis en Maartje verklaarden om hun huwelijk weer een kans te willen geven. Zij beloofden om ‘voortaan alle occasiea tot verschil naar hun uyterste vermogen te vermijden ende in onderlinge liefde, vrede en eenigheyt met malkander te leven en huys te houden, zooals man en vrouw schuldig zijn en behooren te doen’. Ze gingen weer samenwonen. Helaas lukte dit toch niet. Op 8 oktober 1717 werd een akte opgemaakt voor de scheiding van tafel en bed van Theunis en Maartje; de pogingen tot verzoeningen waren tevergeefs geweest.

De scheider van Jan Luyken (niet van mensen, maar van stoffen)

geweldpleging

Wellicht kwam dit door gebeurtenissen die in de tussentijd hadden plaatsgevonden. Op 24 september 1717 werd er bij de notaris een akte opgesteld over geweldpleging. Maartje Theunis had kinderen uit haar vorige huwelijk met Dirk Nierop. Maartje en haar kinderen, Lyzabet Dirks en Theunis Dirksz Nierop, legden een verklaring af tegen Immetje Reynders. Maartje en haar kinderen waren buren van Immetje, zij woonden allen op de Knap onder Midwoud. Zij verklaarden dat Immetje Reynders op de avond van 20 september Lyzabet ‘na veel verwijt ende scheltwoorden, op haar deposanten erf beoosten ’t huys in grammen moede aangetast, terneergesmeten en wijders verscheyde malen, in ’t bijzonder met de vuyst aan de slapen van haar hooft, geslagen heeft, ende zulks niettegenstaande de deposante Lyzabet Dirks Immetje Reynders meermalen waarschouwde best te wezen de handen van haar op haar eygen erf af te houden.’

Volgens Maartje en Theunis moedigde de man van Immetje, Thaams Kornelisz, zijn vrouw aan tijdens de mishandeling. Uiteraard probeerde Maartje haar dochter te helpen maar zij werd door Thaams ‘aangegrepen en over eene hoop vlab (Een vlab of flab is volgens het WNT een naam van een geslacht van waterplanten met lange stengels, die vaak over een groot oppervlak met elkaar verstrengeld zijn) gegoyt. Waarna zij deposante opstaande van mening wierd, zoo zij zegt, eenige buuren tot hulp te halen, dog haar beradende, alzoo zij de bejegingen tegen hare dogter niet kon verdragen, terugge quam om nog eens te tragten hare dogter te ontzetten.’ Toen Maartje weer terugliep schold Thaams haar uit en trok zijn mes, waarmee hij Maartje probeerde te steken. Trijn Muesses, die vlakbij woonde, kwam op dat moment tussenbeide en wist zo meer onheil te voorkomen.

Boerderij de Knap in Midwoud aan het einde van de 19e eeuw. Op deze plek woonde Maartje en haar kinderen aan het begin van de 18e eeuw.

niet geheel onschuldig

Op 13 oktober 1717 stelde de notaris een schepenakte op. Hieruit blijkt dat Maartje en haar kinderen niet geheel onschuldig waren. Pieter Klaasz Huysman verklaarde in deze akte dat hij op een dag, de datum kon hij zich niet meer herinneren, op de Notweg ten zuiden van Westwoud was (Deze Notweg of Bonne zijn synoniemen voor een weg en het erlangs lopende water gelegen ten zuiden van Midwoud en doorlopend tot in de banne van Oostwoud). Daar zag hij Trijntje Dirks en Lyzabet Dirks, de kinderen van Maartje Theunis. Hij zag hoe zij lammeren opjoegen en ‘de lammeren vervolgens opgrepen, en dezelve één voor één in eene diepe vaart, zijnde de banscheydinge tusschen Medenblik ende Abbekerk (Deze vaart of banscheiding is niet te vinden op oude kaarten. De banscheiding tussen Medemblik en Abbekerk is overigens eigenlijk de banscheiding tussen Middwoud, stede Abbekerk, en Oostwoud, jurisdictie Medemblkik). goyden.’

Pieter reageerde hier boos op en vertelde hen dat zij andermans lammeren niet zo in gevaar mochten brengen. Met veel moeite haalde hij de lammeren uit het water en liet ze vervolgens op de Bonne onder Midwoud lopen.

Vier natte lammeren

Jan Winkel getuigde dat hij op dezelfde dag op zijn land aan het melken was en daar vier natte en modderige lammeren vond. Hij hoorde van Pieter dat de meisjes de lammeren in de sloot hadden gegooid. Immetje heeft vervolgens nog aan Trijntje gevraagd waarom zij de lammeren in de sloot had gegooid, haar antwoord
hierop was dat zij niet wist van wie die lammeren waren.

In september en oktober 1717 waren er dus problemen met de kinderen van Maartje. Wellicht zorgde dit voor spanningen tussen de Maartje en Theunis waardoor zij in oktober van dat jaar besloten weer apart te gaan wonen. Hoe de situatie daarna was tussen Theunis en Maartje is niet bekend. Waarschijnlijk was er weinig verbetering. Want in 1721 legde Theunis een verklaring af tegen Maartje. Dit deed hij samen met Anna Kornelis voor de notaris op 8 oktober 1721. Anna was de dienstmeid van Maartje. Anna verklaarde dat Maartje haar had mishandeld: ‘de deposante uytgescholden, haar van eene waterbak waarop zij (…) zat, in grammen moede afgescheurt en haar langs de vloer gesleept’. Ook hitste Maartje haar zoon Theunis Nierop op om haar te helpen bij de mishandelingen. Theunis Smak was hierbij aanwezig en hij dreigde dat wanneer Theunis Nierop Anna zou proberen te slaan hij dat zou beletten. Het is helaas niet duidelijk waarom Maartje zo tekeer ging tegen haar dienstmeid. Wel blijkt uit de akte dat Theunis en Maartje nog steeds apart woonden. Maar toch, nog geen jaar later is de situatie weer anders. Op 8 mei 1722 maakt de notaris weer een oud-rechterlijk stuk op waaruit blijkt dat Maartje en
Theunis weer gaan samen wonen.

Gerelateerde documenten

Bezoek ons archief of klik op een document om deze aan te vragen voor inzage.

1685 – Notarissen in West-Friesland 1552-1843, inv. nrs. 132, akte 22, 92, 95 en 96

Akten, 1714-1718
Meer informatie

1685 – Notarissen in West-Friesland 1552-1843, inv. nrs. 133, akte 82 en 100

Akten, 1719-1723
Meer informatie

Meer verhalen

Bekijk alles