Aarjen Jacobsz. Kroon en zijn vrouw Jacoba Keizer woonde hun hele leven in Broek op Langedijk. In 1835 kocht Aarjen een boerderijtje met boomgaard en erf aan de Bangert in Zwaag. Maar waarom? In een tijd zonder auto’s en trein en met veel onverharde wegen was Zwaag best een eind weg vanaf Broek op Langedijk. Daarbij was Aarjen schipper en had hij een groot tuindersbedrijf. Er was dus geen enkele logische reden om zo ver weg land aan te kopen. Een spannend gegeven voor verder historisch onderzoek door Jaap Kroon waarvan het antwoord ligt in een ingewikkeld familieverband.
De kadasterboeken
Bij toeval kwam ik in de kadasterboeken van Zwaag de naam van een voorouder tegen. Ik twijfelde eerst nog even, want het patroniem klopte niet. Nader onderzoek leerde me dat het wel degelijk om mijn voorvader Aarjen (ook Arien of Arie) Jacobszn. Kroon, schipper te Broek op Langedijk, ging. Aarjen deed in 1835 een vreemde aankoop.
Aarjen Kroon kocht de percelen, sectie A nrs. 49, 106 en 107 gelegen aan de Bangert in Zwaag, van Jacob Dop te Zwaag. Op één van de percelen stond een huis. Rond het huis was een erf en naast en achter de woning was een boomgaard. De percelen hadden samen een oppervlakte van 1.51.40. Maar waarom in Zwaag? Ik wist niet beter of Aarjen en zijn vrouw Jacoba Keizer hadden hun hele leven in Langedijk gewoond. Ik kon niet bedenken wat hij moest beginnen met een bedrijfje in Zwaag. We moeten ons realiseren dat er nog geen trein reed, geen auto’s bestonden en dat de meeste wegen nog niet eens verhard waren. Aarjen was schipper en had tevens een groot tuindersbedrijf in Langedijk dus logisch is de aankoop op het eerste gezicht niet. Kortom, een spannend gegeven voor een historisch onderzoek.
ingewikkeld familieverband
Om de oplossing van dit vraagstuk te vinden, moet ik nog een generatie verder terug in de familiegeschiedenis. Aarjen was de zoon van Jacob Aarjenszn. Kroon en Reintje Jansdr. Contant. Reintje overleed in 1799 op dertigjarige leeftijd. Jacob hertrouwde in 1800 met Maartje Breed. Maartje was zwanger van haar eerste kindje toen haar man Jacob in 1801 overleed. Dochter Neeltje Breed, de halfzus van Aarjen Kroon, kwam in 1802 in Oudkarspel ter wereld. Maartje Breed hertrouwde later met Jacob Dop uit Zwaag. Uit die relatie werd Jacob Dop Jr. geboren. Jacob was dus de halfbroer van Neeltje, en Neeltje was een halfzus van Aarjen. Jacob Dop Jr. verkocht de percelen aan Aarjen in 1835. Er is dus een ingewikkeld familieverband. Maartje Breed overleed in 1832 in Zwaag. Haar man Jacob Dop was toen al overleden. Jacob Jr. verhuisde naar Blokker en het bedrijfje in Zwaag kwam te koop. Neeltje Breed, op dat moment al in de dertig, was niet getrouwd en moest toch in haar onderhoud voorzien. Haar halfbroer Aarjen Kroon kocht daarom het bedrijfje van haar andere halfbroer Jacob Dop met de bedoeling Neeltje van huisvesting en van een bron van inkomsten te voorzien. We komen haar in latere stukken tegen als fruitteelster te Zwaag.
Ik wil nog proberen na te gaan of hier sprake is van liefdevolle hulp of een gewone zakelijke transactie. Misschien dat de memorie van successie hier nog nieuw licht op kan werpen. Neeltje vroeg haar halfbroer Aarjen wel als getuige bij haar huwelijk met Arend Keppel in 1844. Misschien mogen we hieruit de conclusie trekken dat er een bijzondere band bestond tussen Aarjen en zijn halfzuster Neeltje. Aarjen had in ieder geval voldoende financiële middelen om Neeltje te helpen. Door zijn huwelijk met Jacoba Keizer, dochter van burgemeester Dirk Keizer van Broek op Langedijk, verkeerde hij in goeden doen.
verkopen
Zoals gezegd trouwde Neeltje in 1844 met Arend Keppel. Arend was in 1797 geboren te Zwaag. Neeltje was toen al 42 jaar en Arend 47. Helaas duurde het huwelijk maar kort. Arend overleed al in 1851. Het echtpaar had geen kinderen. In 1867 overleed ook Neeltje. Haar halfbroer Aarjen leefde toen al niet meer. Aarjen ’s weduwe, Jacoba Keizer, besloot haar eigendommen in Zwaag te verkopen. Zij verkocht in 1869 perceel sectie A, nr. 49 (deel boomgaard) aan Jacob Sleutel. Aan Cornelis Aaij verkocht ze de percelen sectie A, 106 en 107 (huis, erf en deel boomgaard). Volgens het kadaster woonde Jacoba op dat moment in Zwaag. Ik heb daar geen enkel bewijs voor kunnen vinden. Vooralsnog houd ik het er op, dat ze gewoon in Langedijk woonde.
Het huis, een klein stolpje, staat er nog. Het is te vinden aan de Bangert 59 te Zwaag. De laatste bewoner die ik in het kadaster kan traceren is Grietje NooijSwaan. Grietje woonde daar de laatste jaren met recht op bewoning. Daarvoor waren zij en haar man eigenaar.
Gerelateerde documenten
Bezoek ons archief of klik op een document om deze aan te vragen voor inzage.