Hier kunt u bladeren in de scans van de doop-, trouw- en begraafboeken, bevolkingsregister, burgerlijke stand en notariële akten. Op een gedeelte van deze registers zijn indexen beschikbaar.
Klik op de info-knop boven de zoekbalk voor tips bij het zoeken.
In het werkgebied vindt u alle plaatsen van voor 1812.
ONA 132. Abbekerk, akten notaris Jan van der Hoeve, 1714-1718.
![Naar boven om te zoeken Naar boven om te zoeken](http://mifiles.archieven.nl/default/images/scroll-to-top.gif)
1685_132
ONA 132. Abbekerk, akten notaris Jan van der Hoeve, 1714-1718.
Inventaris
Attestatie, 2-10-1717
1685_132 ONA 132. Abbekerk, akten notaris Jan van der Hoeve, 1714-1718.
Attestatie, 2-10-1717
Notaris:
Jan van der Hoeve
Plaats notaris:
Abbekerk
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
Annotatie1:
Zie ook: 0133/140.
Geen notariële akte, maar een oud-rechtelijk stuk; de notaris treedt hier op in zijn hoedanigheid van secretaris der stede Abbekerk.
Geen notariële akte, maar een oud-rechtelijk stuk; de notaris treedt hier op in zijn hoedanigheid van secretaris der stede Abbekerk.
Annotatie2:
Betreft de verbranding van een zgn. keviekast (‘kevikas’) op 10-07-1715 in een na blikseminslag verbrand huis te Twisk.
Op verzoek van Klaas Pieters Bijhouder (zie: Bijhouwer, of: Bregger!, Klaas Pieters) te Twisk attesteren Jan Maartensz Zijp, Zuus Pietersz Opperdoes (zie: Opperdoes, Suus Pieters), regerende schepenen te Twisk, en Jan Kornelisz Stam en Adriaan Pietersz Wortel, ook te Twisk.
Op verzoek van Klaas Pieters Bijhouder (zie: Bijhouwer, of: Bregger!, Klaas Pieters) te Twisk attesteren Jan Maartensz Zijp, Zuus Pietersz Opperdoes (zie: Opperdoes, Suus Pieters), regerende schepenen te Twisk, en Jan Kornelisz Stam en Adriaan Pietersz Wortel, ook te Twisk.
Annotatie3:
Zij verklaren de waarheid te zijn, dat ‘des requirants huys, door den blixem of donder aangesteken zijnde, op woensdag den tienden july des jaars zeventien-hondert en vijftien, na den middag, met bijkans alles wat in het huys ware, zeer schielijk geheel verbrant is.
De deposanten Jan Kornelisz ende Adriaan Pietersz verklaren wijders dat zij beyde bij het brandende huys zijn gekomen, om alle mogelijke devoiren tot blussinge van de brant bij der hant te nemen, ofte anders den requirant eenige hulpe tot reddinge en behoudenisse van zijne goederen te doen. Dat zij daarbijkomende hebben bevonden het geheele huys boven rontsom in ligte vlammen te staan. Dat evenwel zij daarin zijn gegaan en den requirant met zijne familie in of bij het huys hebben gevonden, zeer ontzet door het droevig ongeluk dat hun trof. Dat zij deposanten vervolgens eene kevikas, staande in het voorhuys, hebben getragt te bergen, dog dat het volk, ’t geen van alle kanten toeschoot om de brant te blussen en naar vermogen te verhoeden, dat ze in geene andere rieden daken en huyzen voortsloeg, hun deposanten ijverig en ernstig toeriep en waarschouwde uyt het brandende huys ten spoedigsten te komen, dewijl het bij langer vertoeven gevaar liep, dat het brandende bovenste voorschot neerschoot en zij deposanten alzoo belet zouden werden zichzelven te redden. Dat zij op dezelve waarschuwingen en om niet in ’t neerschietende huys hun leven te verliezen, de genoemde kevikas in het voorhuys bij de deur, tot waar zij dien gebragt hadden, hebben moeten laten staan, en de voordeur zijn uytgegaan, als wanneer even na hun uyttrek het geheele huys is ingevallen, ende de meergemelde kevikas zekerlijk daarin is verbrant.
De deposanten Jan Kornelisz ende Adriaan Pietersz verklaren wijders dat zij beyde bij het brandende huys zijn gekomen, om alle mogelijke devoiren tot blussinge van de brant bij der hant te nemen, ofte anders den requirant eenige hulpe tot reddinge en behoudenisse van zijne goederen te doen. Dat zij daarbijkomende hebben bevonden het geheele huys boven rontsom in ligte vlammen te staan. Dat evenwel zij daarin zijn gegaan en den requirant met zijne familie in of bij het huys hebben gevonden, zeer ontzet door het droevig ongeluk dat hun trof. Dat zij deposanten vervolgens eene kevikas, staande in het voorhuys, hebben getragt te bergen, dog dat het volk, ’t geen van alle kanten toeschoot om de brant te blussen en naar vermogen te verhoeden, dat ze in geene andere rieden daken en huyzen voortsloeg, hun deposanten ijverig en ernstig toeriep en waarschouwde uyt het brandende huys ten spoedigsten te komen, dewijl het bij langer vertoeven gevaar liep, dat het brandende bovenste voorschot neerschoot en zij deposanten alzoo belet zouden werden zichzelven te redden. Dat zij op dezelve waarschuwingen en om niet in ’t neerschietende huys hun leven te verliezen, de genoemde kevikas in het voorhuys bij de deur, tot waar zij dien gebragt hadden, hebben moeten laten staan, en de voordeur zijn uytgegaan, als wanneer even na hun uyttrek het geheele huys is ingevallen, ende de meergemelde kevikas zekerlijk daarin is verbrant.
Annotatie4:
De deposanten geven tot reden van wetenschap alle op de gemeene roep van de ontstane brant daar bijgekomen en tegenwoordig geweest te zijn, het blixemen en donderen nog indagtig te wezen, en het verder gedeposeerde in goede geheugenisse te hebben, presenteren overzulks yder zijn gedeposeerde, des noodig en verzogt zijnde, behoorlijk te sterken.’
P.S.: Volgens Van Dale is een keviekast een gewestelijke aanduiding voor een soort etenskast met een getraliede deur; volgens het WNT o.a. een traliekast, etenskast met tralies, of schapraai (gewestelijk voor: etenskast, provisiekast), maar ook een kabinetkast of kabinet (‘keef’, ‘keefkast’). Ook geeft Van Dale nog voor ‘keeftkast’ de omschrijving: twee- of vierdeurskast van Friese herkomst, met gestoken ornamenten waarin vogelfiguren voorkomen, waarin ‘keeft’ Fries zou zijn voor ‘kast’.
P.S.: Volgens Van Dale is een keviekast een gewestelijke aanduiding voor een soort etenskast met een getraliede deur; volgens het WNT o.a. een traliekast, etenskast met tralies, of schapraai (gewestelijk voor: etenskast, provisiekast), maar ook een kabinetkast of kabinet (‘keef’, ‘keefkast’). Ook geeft Van Dale nog voor ‘keeftkast’ de omschrijving: twee- of vierdeurskast van Friese herkomst, met gestoken ornamenten waarin vogelfiguren voorkomen, waarin ‘keeft’ Fries zou zijn voor ‘kast’.
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
Aktenummer:
93
Status:
De voor- en achternamen in de index van deze akte zijn gestandaardiseerd
laatste wijziging 10-10-2022
1 gedigitaliseerd
totaal 3 bestanden
laatste wijziging 11-10-2022
142 gedigitaliseerd
totaal 388 bestanden
Kenmerken
Datering:
1714-1718
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
laatste wijziging 11-10-2022
142 gedigitaliseerd
totaal 388 bestanden