Op verzoek van een biersteker te Lutjebroek getuigt een veerman te Driehuizen onder Wervershoof - zijn werk is het vervoeren van mensen van Wervershoof naar Lutjebroek, en soms neemt hij weleens bier van de requirant mee terug voor de Andijkers -, hoe hij op zondag 25-10-1671 door een commies (belastingcontroleur) - en de dag daarop wéér, maar nu vergezeld door een neef van die commies uit Medemblik - onder druk is gezet een valse verklaring af te geven, als zou de requirant bier tappen voor allerlei lieden. De attestant heeft dit geweigerd, hoewel de commies hem hiervoor beloofde geld en bier te geven. De neef van de commies zou ook hebben gezegd, dat de attestant gewoon was bij de requirant langs te gaan met door hem overgezette lieden, om daar bier te drinken, en zou ook hém daar hebben gebracht. Daarop stoof de attestant toen woedend op: 'Dat liegsttouw.' Dit alles wordt bevestigd door vier buurlui van de attestant, die op maandag 26-10-1671 getuige zijn geweest van het tweede bezoek van de commies, vergezeld door diens neef uit Medemblik.