Zie ook: 1663/005; 5409/032. (Van 1663/005 is géén annotatie gemaakt.)
Dit testament van een echtpaar op de Bangert te Andijk onder Lutjebroek bevat een paar bijzondere bepalingen: Als een bepaald echtpaar, ook woonachtig op de Bangert, in de toekomst een dochtertje krijgt dat dan vernoemd wordt naar het overleden dochtertje van de testateuren, zal dit kind een legaat krijgen van ƒ 200.-. (De man is waarschijnlijk een zusterszoon, dus een tantezegger, van de testatrice, zie: 1663/005.) Verder is de testateur borg en schuldenaar voor een bedrag van ƒ 400.-, welk bedrag een gemeenschappelijke schuld was van de tes-tateur en zijn broers en zusters, en inmiddels ook van een zoon van een reeds overleden zuster. Als één broer, één zuster en de reeds genoemde zusterszoon erin slagen binnen dit jaar 1679 samen met de testateur deze schuld af te lossen, benoemt hij deze, samen met nog een broer en zuster die onvermogend zijn, tot zijn erfgenamen, ieder voor 1/5 part. Als dit niet lukt, zullen slechts de armlastige broer en zuster van hem erven, respectievelijk voor 3/4 en 1/4 part.