U doorzoekt hier de complete collectie van het Westfries Archief.
Klik op de info-knop boven de zoekbalk voor tips bij het zoeken.
Voor bouw- en hinderwetvergunningen hebben we een speciale zoekpagina.
Wilt u de originele stukken raadplegen die u heeft gevonden? Vraag het stuk dan aan via de knop Aanvragen en kom langs tijdens onze openingstijden. Meer uitleg over het aanvragen van stukken vindt u hier.
Zoeken in alles (inclusief archieven)
1685_384 ONA 384. Oosterblokker, akten notaris Poulus Streek, 1765-1769.
Attestatie, 21-9-1769
Notaris:
Poulus Streek
Plaats notaris:
Oosterblokker
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
Annotatie1:
Betreft vermoedelijk geval van belastingontduiking door biersteker te Spanbroek.
Op verzoek van de hoogschout van de stad Hoorn en het daaronder ressorterende gebied attesteren een vleeshouwer te Hoorn, de herbergiersvrouw uit de Nadorst in Westerblokker, en een man wonende bij de Overtoom tussen Hoorn (eigenlijk: het Dampten onder Hoorn) en Wognum.
Op verzoek van de hoogschout van de stad Hoorn en het daaronder ressorterende gebied attesteren een vleeshouwer te Hoorn, de herbergiersvrouw uit de Nadorst in Westerblokker, en een man wonende bij de Overtoom tussen Hoorn (eigenlijk: het Dampten onder Hoorn) en Wognum.
Annotatie2:
De vleeshouwer uit Hoorn verklaart, dat zo’n 2 maanden voor de hierna beschreven gebeurtenissen (rond begin mei) zijn vrouw een vierendeel bier had besteld bij genoemde biersteker te Spanbroek. Pas begin juli 1769 was de biersteker bij de 1e deposant langsgekomen met 1/4 ton bier, die hij de deposant probeerde op te dringen, maar deze had het bier geweigerd omdat hij tegen die tijd geen bier had besteld. Enige tijd later was de ‘hoofdcherger’ (hoofdchercher = een speurder van de belastingen) van Hoorn en het ressort daarvan bij hem gekomen om hem over dit voorval te ondervragen.
Ook bij de 2e deposante, de herbergiersvrouw in de Nadorst, is de biersteker 2 maanden geleden langsgeweest, en ook aan haar heeft hij geprobeerd het bier te slijten. Zij heeft het eveneens geweigerd te kopen, omdat zij niets bij hem had besteld en ook nog bier van hem in de kelder had, dat zuur was geworden. Ook zij kreeg later de hoofdchercher op bezoek met vragen over de biersteker.
Tenslotte verklaart de bij de overtoom tussen Hoorn en Wognum wonende man, hoe de biersteker erin was geslaagd hem het bier op te dringen, hoewel hij slechts een cedul bij zich had, op naam van de eerste deposant, de vleeshouwer te Hoorn, gedateerd op dezelfde dag dat hij bij hem langskwam. De deposant was ongerust dat hij daarmee problemen zou kunnen krijgen, maar de biersteker had hem verzekerd, ’dat daarin geen quaad voor hem getuyge was opgesloten’. Het vaatje bier is bij de getuige in zijn kelder opgeborgen, met daarop een brouwerswapen van het ‘Fortuyn’ in waterverf. Dit vat heeft hij later ook getoond aan de hoofdchercher, en hij heeft hem het erbij geleverde cedul overhandigd, waarna deze het vat in de kelder heeft ‘gearresteert’ (d.w.z. er beslag op gelegd) en verzegeld, zonder dat daar tot op heden iets aan is veranderd.
Ook bij de 2e deposante, de herbergiersvrouw in de Nadorst, is de biersteker 2 maanden geleden langsgeweest, en ook aan haar heeft hij geprobeerd het bier te slijten. Zij heeft het eveneens geweigerd te kopen, omdat zij niets bij hem had besteld en ook nog bier van hem in de kelder had, dat zuur was geworden. Ook zij kreeg later de hoofdchercher op bezoek met vragen over de biersteker.
Tenslotte verklaart de bij de overtoom tussen Hoorn en Wognum wonende man, hoe de biersteker erin was geslaagd hem het bier op te dringen, hoewel hij slechts een cedul bij zich had, op naam van de eerste deposant, de vleeshouwer te Hoorn, gedateerd op dezelfde dag dat hij bij hem langskwam. De deposant was ongerust dat hij daarmee problemen zou kunnen krijgen, maar de biersteker had hem verzekerd, ’dat daarin geen quaad voor hem getuyge was opgesloten’. Het vaatje bier is bij de getuige in zijn kelder opgeborgen, met daarop een brouwerswapen van het ‘Fortuyn’ in waterverf. Dit vat heeft hij later ook getoond aan de hoofdchercher, en hij heeft hem het erbij geleverde cedul overhandigd, waarna deze het vat in de kelder heeft ‘gearresteert’ (d.w.z. er beslag op gelegd) en verzegeld, zonder dat daar tot op heden iets aan is veranderd.
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
Aktenummer:
215
laatste wijziging 10-10-2022
1 gedigitaliseerd
totaal 2 bestanden